Interview Leo Neels (PHARMA)

21-09-2012

De ALS Liga sprak met Leo Neels Algemeen Directeur van PHARMA

De ALS Liga vroeg Leo Neels naar zijn visie op het ontwikkelen van geneesmiddelen waarop onze pALS wachten en vooral hopen. Wij danken Dhr. Neels voor het duidelijk en warm gesprek.

ALS Liga: Wij weten dat het pad naar het ontwikkelen van geneesmiddelen over een aantal vastgelegde fasen loopt. Onze pALS merken dat pogingen vaak gestaakt worden in fase twee, dat is voor hen teleurstellend. Zij blijven aangewezen op levenskwaliteit door zorg, waar de ALS Liga voor staat. Wat gebeurt er op het vlak van ontwikkeling en kan de overheid een en ander versnellen zoals Minister Lieten van Innovatie dat met budgetverhoging tracht te bewerkstelligen?
Leo Neels: Om te beginnen met het overheidsoptreden moet ik toch wat wantrouwen uitdrukken. Een politieke boodschap dat alles nu sneller, korter en goedkoper zal verlopen staat haaks op alle aanduidingen van wetenschappelijke aard. Wij beleven daar een fase van ontnuchtering na het grote optimisme nadat in 2003 – negen jaar geleden – de volledige samenstelling van het DNA werd ontdekt. Daarmee dacht men soms: dit is een goudader die wij gaan aanboren. De chemische pijplijn (weg) die de zestig jaren daarvoor met groot succes was geëxploreerd, zal minder en minder opleveren, maar met de nieuwe inzichten en kennis in genetica zullen de successen voor het grijpen liggen. Maar dat optimisme bleef niet duren want blijkbaar werd de complexiteit van het menselijk metabolisme fenomenaal onderschat.

Toen ik probeerde de fysici en genetici probeerde te begrijpen , viel ik van de ene verwondering in de andere. Stemmen die enthousiast spraken over de goudader die klaar was om ontgonnen te worden, waren blijkbaar toch naïef. Mijn gedeeld enthousiasme bleek voorbarig toen ik nog niet lang geleden andere verhalen hoorde.

Ik dacht nog dat fysici het laatste partikeltje kenden toen ik hoorde dat hun kennis zowat 4% van de materie betrof en dat er nog zowat 96 % te verkennen was. Ik geef een voorbeeld: Christine Van Broeckhoven zegt in recente interviews over haar levenswerk dementie: “Ik ben ondertussen 40 jaar aan het onderzoeken en onze kennis is enorm toegenomen. Maar wij weten nog niet voldoende de oorzaak waarom mijnheer A of mevrouw A dementie krijgt met quasi hetzelfde metabolisme en dezelfde DNA kenmerken die wij kunnen ontrafelen als mevrouw B of C die niet dement wordt. Wij weten het …bijna.” Maar zij gaat verder: “Een middel tegen dementie? Misschien binnen 30 of 40 jaar als ik hoopvol ben vandaag!”. Dus iemand zoals Christine Van Broeckhoven - met al die terechte bekroningen - zegt nu: ”Wij naderen, maar hoe meer wij weten, hoe meer wij beseffen wat wij nog niet weten omdat wij de schakels zien die wij nog moeten uitwerken.”  

Terug bij minister Lieten. Zij stelt haar hoop op translationeel onderzoek om vertragingen uit het verleden weg te werken. De afstand is te lang, tussen de researcher in de universiteit die ‘basic research’ verricht en de farmasector die geneesmiddelen ontwikkelt, ze vervolgens test, en ze dan op de markt brengt.  Met het zgn. “translationeel onderzoek” beoogt men om de fase van het fundamenteel labo-onderzoek dichter te brengen bij de fase van de ontwikkeling van het geneesmiddel bij de patiënt met zijn aandoening. Zo zou research niet meer, of toch minder, in de steriele omgeving van ‘medical trials’ verlopen, maar met echte patiënten in een klinische praktijk.

Dat moet correct en ethisch gebeuren, dat spreekt vanzelf. Maar je voelt zo duizend ethische vragen opduiken bij ‘trial and error’ die direct in de klinische praktijk gebracht wordt.  Stel dat research zo gaan werken…: wat als het resultaat negatief is. De echtgenote van de patiënt kan zeggen: “ Maar professor zo hadden wij het niet bedoeld, wij dachten dat het zou helpen, het valt tegen en ik leg klacht neer.” Zo openen wij een nieuwe problematiek in een ethisch domein met juridische implicaties waar wij geen ervaring mee hebben. Want wat zal de waarde zijn van de handtekening waarmee de patiënt zijn toestemming heeft gegeven?  Er zijn stemmen die hier zullen beweren: indien wij zo kunnen werken gaan wij dat ook adequaat kunnen oplossen. Toch moeten we ook beseffen dat iets dergelijks nu al gebeurt in de oncologie, en dat gebeurt in een serene ethische en verantwoordelijke omgeving. Toch is de hypothese nog enigszins anders dan bij ALS. In de oncologie zit je echt in een laatste levensfase, anders dan bij ALS waar de levensverwachting soms op drie tot vijf jaar ligt tegenover een tijdspanne van enkele maanden in de oncologie.

In de oncologische afdeling kennen wij dat translationeel onderzoek. Daar geeft de arts zijn inschatting van een mogelijke ingreep te kennen aan patiënt en familie en daar kan hij een toestemming bevestigd op papier krijgen. Maar wat kan ik als de onderzoeker in zo’n context aan de patiënt bieden? Daar test men omdat men niet weet wat het resultaat zal worden. Misschien kan de pALS een kwaliteitsvolle levensverlenging krijgen van een periode van enkele maanden? Indien de pALS met zijn familie zou vragen naar het alternatief, zou de onderzoeker dan moeten zeggen: “dat ik de patiënt uit handen geef”.

Terwijl wij nu zien dat een aantal pALS, gelukkig maar, bereid is om mee te werken aan het experiment, zonder enige garantie want de onderzoeker heeft nog niets. Andere pALS kiezen er dan weer voor een tijd verder te leven met grote levenskwaliteit. In zekere zin is het voor beide groepen van pALS een fatale keuze. Daarover heb ik veel geleerd toen ik ‘The Memory Chalet’ (vertaald als ‘De Geheugenhut’) van Tony Judt las. Judt was een vooraanstaand Brits historicus die een ander boek schreef ‘Ill fares the Land’ (vertaald ‘Het Land is moe’) waarin hij het heeft over de sociale democratie waar wij te slordig mee omspringen. Maar in De Geheugenhut beschrijft Judt hoe hij in de slotfase van zijn ALS te bed gelegd wordt en hoe hij machteloos de nacht doorstaat en ondertussen in zijn gedachten een boek over zijn eigen leven componeert dat hij later dicteert.

Dat heeft op mij een heel grote indruk gemaakt en die associatie maak ik naar alle pALS die als het ware gevangenen zijn in hun eigen lichaam maar ondanks dat de kracht vinden om moedig verder te leven. Mijn reactie daarop is: “Ok Neels, daar kun je nog wel iets van leren”.

Terug naar het onderzoek. Nieuwe ondersteuning door de Vlaamse Overheid is goed, maar die steun hadden wij al een jaar eerder verwacht in het centrum voor medische innovatie voor onderzoek met cellen en weefsels. Dus liefst geen politieke verkoopspraatjes nu daarover. De dingen gaan niet snel en communicatie daarover is niet prettig. Ik zou het liever anders zien; zoals dokter Paul Janssens die vroeger in Beerse elke morgen aan zijn mensen vroeg: “Wat hebben wij gevonden?”. Hij heeft liefst 50 geneesmiddelen zien ontstaan in zijn leven! Nu is het goede nieuws dat wetenschappers en farmabedrijven hun researchinspanning doorzetten zonder ontmoedigd te zijn. Daarin lijken zij op pALS die blijven hopen maar vandaag alleen maar dingen krijgen die hun leven acceptabel maken.

Wij leven dan wel in een samenleving die voortdurend aankondigingen van goed nieuws wil horen, maar de werkelijkheid over onderzoek naar ALS is toch anders. Nu kunnen wij stilaan zeggen welk eiwit dit of dat aanstuurt en waar die knop omgezet wordt dat bij iemand die bepaalde aandoening geactiveerd wordt of niet. Daarop volgt het parcours van: wat is de juiste strategie om in dat foutproces in te grijpen? Dan volgt een strategie om juist daar op het juiste moment een welbepaald eiwit te commanderen met: Oei, jij blijft daar, jij kunt niet meer dat doen. Dan dient gedefinieerd te worden of dat eiwit aangevallen, inactief gemaakt of gereactiveerd moet worden en met welke hendel dat moet gebeuren.

Wetenschappers in universiteiten en farmabedrijven breken daar in team hun hersenen op en het vervelende daarvan is dat zij niet elke dag opnieuw kunnen inschatten welke stappen zij daarmee vooruit gezet hebben, noch op het medische nog op het farmaceutische vlak. En daaruit volgt die super oncomfortabele stilte die de buitenwereld doet geloven dat er dan ook niets gebeurt. Als er geen lawaai over is, bestaat het niet is een nieuwe wetmatigheid van de communicatie, want ‘the medium is the message’.

Leo Neels deelde ons ook zijn standpunt mee over zelfmedicatie van pALS, voor dat standpunt inspireerde hij zich bij zijn medewerkster Ann Adriaensen.
Het is zeer goed dat patiënten een actievere rol opnemen in hun behandeling. pharma.be heeft daar, recent nog, aandacht aan geschonken op Belgian Pharmaceutical Conference in april laatstleden. Zie “The Impatient Patient”, op de website www.thepharmaceuticalconference.be Ik kan menselijk de wanhoop begrijpen van de ALS-patiënten die aan zelfmedicatie doen, maar de ontnuchterende werkelijkheid is dat het hen meestal niet echt helpt, en dat zulke geïsoleerde en geïmproviseerde experimenten ook niets bijbrengen voor de toekomstige ALS-patiënten. Zelfs als men de indruk zou hebben dat er een therapeutische verbetering is, is die niet op een geldige wijze bewezen en blijft dat nieuwe inzicht tamelijk nutteloos. De patiënten die in die zelfmedicatierichting gaan, zijn ook makkelijk vatbaar voor oplichting en kwakzalverij en nemen ook een risico om van de regen in de drop te geraken. Bij de ontwikkeling van nieuwe geneesmiddelen blijft toch altijd belangrijk dat die gebeurt in een klaar kader, waarin ieders verantwoordelijkheid en ethiek duidelijk is. Alleen op die manier wordt er evidentie opgebouwd die echt nuttig is, hopelijk al voor degenen die aan klinische studies deelnemen, en ook voor latere patiënten. De gecontroleerde omgeving en de principes van ‘informed consent’ zijn daartoe onontbeerlijk. Zeer regelmatig halen geneesmiddelen die een nieuwe doorbraak kunnen betekenen het nieuws. Nog op 16 juli 2012 breidde de FDA de indicatie van een AIDSremmer uit van behandeling naar preventie, voor patiënten met een hoge risicofactor. Maar HIV/AIDS in een aandoening die men al redelijk goed kent, zodat men therapeutische doelstellingen kan formuleren en ontwikkelen. Voor ALS is het ziektebeeld vandaag nog te weinig onthuld en gekend om al te kunnen spreken van soortgelijke doorbraken.

ALS Team

Share