Column juli/augustus 2013

← ga terug naar Column

Ik wilde het al een tijdje eens hebben over enkele wetenschappelijke weetjes over ALS die te maken hebben met het onderzoek naar deze ziekte. Ik kende deze merkwaardige bevindingen nog niet, en moet toegeven dat mijn wenkbrauwen ervan fronsten toen ik ze hoorde of las.

De eerste vaststelling maakte ik toen ik viavia aan het rondsurfen was en terechtkwam op een link naar een artikel van de Amerikaanse ALS-website.
De aanleiding tot deze column was een artikel over de U.S. Veterans en ALS.
Dat wekte des te meer mijn belangstelling doordat er toch nog altijd iets mysterieus en geheimzinnigs hangt rond het militaire, het leger en zeker rond de U.S. Military.
Waar we vroeger, tijdens de Koude Oorlog vooral gefascineerd werden door sterke verhalen over spionage en contraspionage tussen de Russen en de Amerikanen, is onze interesse tegenwoordig meer gericht op allerhande informatie en weetjes die het daglicht niet mogen zien, op de geheime agenda’s van grootmachten - meestal van de U.S. zelf dan nog - en op allerlei nieuwe technologieën die ze uittesten in oorlogsgebieden. Dat spreekt nu eenmaal meer tot onze verbeelding in dit tijdperk van sterke wetenschappelijke vooruitgang waarin we meer dan ooit onze hoop bij de wetenschap te week leggen.

Ook binnen de ALS-belangengroepen zien we de groeiende hoop op een oplossing, op hulp, op een remedie vanuit wetenschappelijke hoek. En deze hoop is eigenlijk gegrond omdat dit het tijdperk is en nog meer zal worden van de grote veranderingen in de biologische en medische toepassingen van nieuwe ontdekkingen en technologieën.

Het artikel in kwestie maakt melding van het feit dat de ziekte ALS bij de oorlogsveteranen van het Amerikaanse leger, dus bij soldaten die in Irak en Afghanistan hebben gevochten, officieel wordt erkend als ‘beroepsgebonden’. Dit wil zeggen dat de soldaten met ALS in kwestie een bijkomend pensioen en extra geld en zorgen ontvangen vanwege de Amerikaanse overheid. Dit op zich kan een gewone menselijke houding zijn t.a.v. mensen die zo’n ziekte krijgen. Dit betekent dus eigenlijk dat, door deze informatie op deze manier bekend te maken, de U.S. Military impliciet ook toegeeft dat er een zeker verband zou kunnen bestaan tussen de activiteiten in oorlogsgebied en de ziekte ALS.
De ziekte ALS komt statistisch gezien tweemaal zo vaak voor bij oorlogsveteranen als bij andere mensen. Dat is op zich al merkwaardig genoeg, maar als het leger dat zelf ook nog eens bevestigt, doet me dat denken dat er meer aan de hand is, dat ze daar achter de schermen meer weten dan ze laten blijken over dat statistisch verband en over de omstandigheden van militairen in oorlogsgebied. Dingen die ze liever niet luidop zeggen, en waarvan ze liever hebben dat die het daglicht niet zien. En jawel, dat soort dingen willen we natuurlijk graag weten, het zijn onze moderne spionageverhalen, we speculeren graag over complotten en over het vermoeden dat er méér achter bepaalde situaties zit dan men ons wil doen geloven.

Of er dan ook écht meer achter zit is natuurlijk de vraag, en wie ben ik om dat met zekerheid te weten of om daarover te oordelen. We zeggen vaak dat er geen rook is zonder vuur, en vaak is deze wijsheid ook nog terecht.

Dat er kennis bestaat over die omstandigheden in oorlogsgebied die dan een factor zouden spelen in het verhoogde risico om ALS te krijgen, is dan ook te verwachten. De meer wetenschappelijke verklaring legt een verband met het gebruik van pesticiden en zware metalen. Laat ik hierover een woordje uitleg geven.

Pesticiden zijn eigenlijk giftige chemische stoffen die gebruikt worden om insecten, schimmels en dergelijke te doden. Pesticiden hebben verschillende effecten, maar sommige werken in op het zenuwstelsel, daar waar ook de oorzaak van een ziekte zoals ALS moet gesitueerd worden. Ze worden vaak gebruikt in de landbouw, maar ook in huishoudelijke producten vinden we ze terug, zoals in alle producten die insecten zoals vliegen, muggen en ander ongedierte bestrijden. Wellicht ligt hierin ook een verklaring voor factoren waarover we in oorlogsgebied weinig weten omdat we er zelf nooit geweest zijn. In landen als Irak of Afghanistan worden de troepen beschermd tegen insecten zoals muggen door het gebruik van antimuggensprays waarmee ze hun ganse lichaam behandelen.

Gezien de bivak die dit soort oorlogsgebied met zich meebrengt, kan ik me levendig voorstellen dat er - zoals elke goeie scout weet - op kamp veel muggenbeten, netelbrand en een occasionele wespen- of bijensteek, om nog te zwijgen van een beet van een ‘dazerik’, als souvenirs mee huiswaarts komen, en in het leger in Irak zal het nog wel wat erger zijn dan dat. Ik stel me dus voor dat die mannen daar overvloedig dat spul op hun lijven smeren om de insecten weg te jagen. Welk soort spul deze militairen daar precies gebruiken weet ik niet, maar het leger zou het leger niet zijn mocht het geen vrij krachtig en sterk insecticide zijn, en waarschijnlijk is dat spul niet iets wat zomaar te koop wordt aangeboden aan de gewone burger, de stoere inborst van militairen kennende.

Ik vermoed dat, wanneer je de aard van het insecticide en de directe blootstelling van de soldaten eraan gedurende meerdere maanden cumuleert, je tot een aanzienlijke risicofactor kan komen die een oorzaak voor het ontwikkelen van ALS zou kunnen vormen. Dit is dan ook wat men benoemt als één van de vele mogelijke oorzaken van ALS, maar buiten de militaire context bestaan er nog wel meer statistische verwantschappen tussen het risico op ALS en pesticiden.
Ook wil ik hierbij toch ook even enkele gegevens over bepaalde contactsporten aanhalen.
Zo blijkt de American Football League ook een tot vijf maal toe verhoogd statistisch risico op ALS te hebben in vergelijking met andere mensen, en dat risico is blijkbaar even hoog bij voetballers uit de Italiaanse Serie A. Dit zijn nog extremere hoge cijfers dan die we bij militairen terugvinden, waarschijnlijk omdat dit soort van topsport op de rand staat van wat een menselijk lichaam kan incasseren.

Of de soldaten daar dan misschien nog aan andere chemisch gevaarlijk stoffen werden blootgesteld is natuurlijk nog maar de vraag, net zoals je de vraag kan stellen bij topsporters of ze doping of andere speciale producten hebben gebruikt.

Bepaalde oorlogsoperaties worden namelijk gevoerd met allerhande chemische stoffen die je elders veel minder zal terugvinden, zoals bijvoorbeeld kerosine, munitie en benzine, die meestal in enorme hoeveelheden nodig zijn om het materieel rollende te houden. Het feit dat er altijd allerlei materialen, gebouwen en dergelijke meer ontploffen en ontbranden heeft tot gevolg dat er ook veel giftige stoffen in de lucht vrijkomen die je er normaal niet zou moeten kunnen terugvinden, en de soldaten staan daar eigenlijk in grote mate bloot aan. Gezond is anders!

Wanneer we dan denken aan Agent Orange, het gif dat in de Viëtnamoorlog werd gebruikt door de Amerikanen, dan kan ik me levendig voorstellen dat dit een enorme risicofactor voor de gezondheid vormt, en dan durf ik te stellen dat men in de navolgende oorlogen ook nog andere vluchtige substanties heeft gebruikt, pesticiden of andere giftige stoffen, en dit om soms eigenaardige redenen die men enkel in de context van oorlogsvoering kan begrijpen, en die ook enkel daar toelaatbaar zijn.

Een tweede grote risicofactor voor de gezondheid die men aanhaalt is het feit dat soldaten die naar ruig oorlogsgebied trekken ook een serie vaccinaties moeten doorstaan om zich te beschermen tegen zowat elke bestaande ziekte die er kan worden aangetroffen, of zelfs tegen ziektes die kunnen worden gebruikt door de vijand, naar ik vermoed. In elk vaccin, zo heb ik me laten vertellen, zit een fractie van een metaal om er het vaccin zelf op te ‘enten’. Voor één vaccin of zelfs voor slechts enkele vaccins betekent dat cumulatief niet zo erg veel, maar die militairen krijgen wellicht ongezond groot aantal vaccinaties kort na elkaar, zodat de opstapeling van metalen en toxiciteit in het lichaam veel groter wordt dan het lichaam aankan en zo een risicofactor voor het ontwikkelen van ziektes gaat vormen.

Ik moet zeggen dat het wel aannemelijk klinkt, de ganse uitleg voor het voorkomen van ALS bij militairen door twee verschillende oorzaken, als je tenminste ook gelooft dat er wel degelijk een groot verband bestaat tussen die pesticiden en die metalen en ALS. Ook andere onderzoeken tonen aan dat factoren zoals luchtvervuiling en toxische stoffen een rol spelen in het ontstaan van ALS, maar het zijn zeker niet de enige factoren die een rol zullen spelen.

Het feit dat er niet altijd rechtstreekse verbanden te vinden zijn maakt de ziekte dan ook zo complex.
Toch is de berichtgeving van de U.S. Military dat ze de ziekte erkent als oorlogsziekte van een niet te onderschatten belang, lijkt mij zo. Ten eerste is de U.S. Military niet de eerste de beste en is men daar over vele zaken zoals chemie, biologie en nucleaire technologie op de hoogte van de allernieuwste technologie, en ook is men vaak zelfs de opdrachtgever voor het aanmaken en ontwikkelen van nieuwe technologieën terzake.

De vaststelling en het onderkennen van het verband van bovenvermelde gegevens zijn heel belangrijk en zijn voor mij het bewijs van de correctheid ervan.
Of de verklaring die erbij hoort helemaal volledig én correct is, dat is natuurlijk nog een andere vraag.
Omwille van zogenaamde strategische belangen is het leger perfect in staat informatie achter te houden, te manipuleren of er zelf te bedenken om de eigen kaarten niet open en bloot op tafel te moeten leggen.
Nadenkend over chemische en biologische oorlogsvoering, beide in principe verboden, is er zeker een analogie te zien met pesticiden en andere giftige stoffen en hun verband met het uitlokken van een ziekte, ze zouden dus bijvoorbeeld ook aan de basis kunnen liggen van het ontstaan van een ziekte als ALS.

Hoe dat juist in elkaar zou zitten is dan weer wat anders, en daarover kan ik me niet uitspreken omdat alleen specialisten zoiets kunnen bestuderen. Maar als ik intuïtief aanvoel dat er in dit ganse verhaal méér zit dan er zo op het eerste zicht te rapen valt, dan hoop ik dat andere mensen met meer verstand van zaken dit als een voorzet kunnen gebruiken om zich hierin verder te verdiepen. Soms liggen oplossingen niet zo ver weg, maar vlak onder je neus maar verborgen onder een grote zware steen.

Nu het einde van de zomer nadert, een erg goede zomer hier bij ons daarenboven moet ik zeggen, toch wat het weer betreft, kan ik me niet van het beeld ontdoen van een goudrode zonsondergang over een weidse windstilte over zee. Een soort punt waar de tijd even blijft haperen en ook even mag blijven stilstaan van mij. En ergens doet het dat ook wel. Voor even toch, en voor wat langer nog ook. Maar ook niet zodanig lang tot de schreeuw van de meeuwen zou uitsterven over de hoofden van alle mensen op het strand die vandaag de dag opnieuw in hun auto of op de trein op weg naar huis denderen. En dan weet ik hoe het is als we eenmaal dood zijn. Dan is het precies zò, maar dan wel langer en langer en zo lang dat de tijd stopt te bestaan en eeuwigheid over oneindigheid opgaat in een zucht van een seconde. En niets maakt dan nog wat uit, alles blijft in zichzelf geopenbaard. Ik kijk naar mijn voeten en voel de grond, de aarde waaruit alles ontstaat, en waarnaar alles ook weer terugkeert. Het is mooi.

Het is mooi zoals het einde van de zomer, mooi als het begin van iets nieuws. Ik hoop dat mijn 41ste zomer nog niet het aantal zomers die ik nog zal kennen reeds overschreed. Want ik houd nogal van de zomer, van de zon zelf, niet zozeer van de warmte maar wel van haar licht. Het doet iets met iemand als ik, grote hoeveelheden licht maken me een beter mens, althans dat denk ik toch. En het hoogrode, broeierige en vurige van het einde van de zomer diep in augustus vormt een soort punt van heimwee, van verlies, van pracht, die ik graag nog eens zoveel keren wil meemaken. Please, so help me God!

 

Tristan Herftijd

Sugar Mountain, augustus 2013

Share