Vooruitgang stamcellen op verschillende fronten geeft hoop voor ALS
03-07-2006
Samengevat: Nieuwe vooruitgang in het stamcelonderzoek levert bewijs dat ruggenmergverwonding kan worden hersteld, evenals andere belangrijke vooruitgangen die stamcellen in de behandelingsarena voor ALS kunnen brengen.
Een belangrijke ontdekking was dat motorneuronen die afgeleid worden van embryonale stamcellen kunnen geplaatst worden in het ruggenmerg van ratten die motorneuronen hebben verloren, de ratten herwinnen een gedeeltelijke capaciteit om weer te kunnen lopen. Ook verschillende andere publicaties over stamceltherapie zijn hoopvol gestemd over het vinden van een behandeling voor storingen van het motorneuron.
In onderzoek dat gefinancierd wordt door de ALSA, toonde professor Douglas Kerr van de Johns Hopkins Universiteit aan dat stamceltherapie de motorfunctie gedeeltelijk kan herstellen. De ratten werden besmet met een virale infectie die specifiek hun eigen motorneuronen doodde en dat resulteerde in verlamming van de ratten. Dit is niet hetzelfde type rat dat vaak wordt gebruikt om ALS te modelleren, de zogenaamde SOD1 rat. Omdat de rat die Kerr gebruikt ook motorneuronen verliest, zijn er sommige gelijkenissen met ALS.
De belangrijkste punten van de bevindingen van Kerr’s team zijn dat de van stamcellen afgeleide motorneuronen, verbindingen kunnen maken met de spier na de implantatie. Maar dit vereist een mix van behandelingen om de remmende actie van proteïnen te overwinnen die wordt aangemaakt door myeline die de zenuwen omringt.
De stamcellen die Kerr gebruikt zijn afkomstig van muizen, en de ratten werden behandeld met een medicijn tegen afstotingsverschijnselen. Een ander team van de Hopkins Universiteit geleid door Dr. Vassilis Koliatsos, toonde aan dat de stamcellen die getransplanteerd werden in de SOD1 mutantmuizen langer overleefden en dat de muizen langer leefden.
Andere richtingen voorwaarts van stamceltherapie voor ALS zijn goed mogelijk. De volwassen hersenen hebben hun eigen opslag van stamcellen. Onderzoek toont aan dat het verstrekken van bepaalde signaalmolecules de eigen stamcellen van de hersenen kan doen toenemen om schade door een beroerte in muizen te voorkomen. Dit geeft een aanwijzing van wat zou kunnen verwezenlijkt worden als de therapie zich richt op de eigen stamcellen in het lichaam.
Zelfs de huid zou misschien kunnen dienen als bron voor stamcellen. Het is nog niet duidelijk of de huid voldoende stamcellen voor therapeutische doeleinden kan produceren. Een Canadees team onder leiding van professor Freda Miller, toonde aan dat stamcellen die bekomen werden uit rattenhuid, steuncellen kunnen produceren die myeline maken, die de zenuwen verpakken van muizen die hun eigen isolatie van myeline ontberen. De andere steunende cellen van het zenuwstelsel, astrocytes genaamd, zouden ook misschien kunnen dienen als stamceltherapie, volgens bevindingen van professor Stephen Davies en zijn collega’s uit Houston. Zij toonden aan dat astrocytes die bekomen werden uit stamcellen, ruggengraatsverwonding bij ratten kunnen herstellen.
Hoe kunnen stamcelimplantaten weten waar ze heen moeten?
De groeifactor die als FGF wordt afgekort, kan een zeer belangrijk signaal zijn dat de motorneuronen kan toestaan om de juiste spier te vinden om dan verbinding te maken en contracties op te wekken. Dat melden onderzoekers van het Salk Instituut uit Californië, onder leiding van professor Samuel Pfaff.
Het is duidelijk dat er veel mogelijke routes tot stamceltherapie zijn. Wat onlangs ook duidelijk werd, is dat patiënten die in China behandeld werden voor ruggengraatsverwonding met foetale cellen, geen enkel bewijs opleverde dat de behandeling werkt. In plaats daarvan hadden vele patiënten met ruggenmergverwonding die door andere artsen werden gecontroleerd, potentieel schadelijke bijwerkingen in de dagen volgend op de zeer dure behandeling.
Bron: www.alsa.org