Het effect van SMN-gen-dosering op ALS-risico en ernst van de ziekte

18-01-2021

Matthieu Moisse, …, Philip Van Damme, en het Project MinE Sequencing Consortium.

Objectief:
De rol van de overleving van het motorneuron (SMN) -gen bij amyotrofische laterale sclerose (ALS) is onduidelijk, met verschillende tegenstrijdige rapporten. Een doorslaggevend resultaat over dit onderwerp is nodig, aangezien er nu behandelingsopties beschikbaar zijn voor SMN-deficiëntie.

Methoden:
In deze grootste multicenter case-controlstudie om het effect van SMN1- en SMN2- kopie-aantallen bij ALS te evalueren, gebruikten we sequentiegegevens van het hele genoom van Project MinE data freeze 2. SMN- kopie-aantallen van 6.375 patiënten met ALS en 2.412 controles werden opgeroepen vanuit sequentiebepaling van het hele genoom gegevens, en de betrouwbaarheid van de oproepen werd getest met multiplex ligatie-afhankelijke probe-amplificatiegegevens.

Resultaten:
De kopie-nummerverdeling van SMN1 en SMN2 tussen gevallen en controles vertoonde geen statistische verschillen (binominale multivariate logistische regressie SMN1 p = 0,54 en SMN2 p = 0,49). Bovendien was het aantal kopieën van SMN niet geassocieerd met de overleving van de patiënt (Royston-Parmar; SMN1 p = 0,78 en SMN2 p = 0,23) of leeftijd bij aanvang (Royston-Parmar; SMN1 p = 0,75 en SMN2 p = 0,63).

Interpretatie:
In onze goed gevoede studie was er geen verband tussen SMN1- of SMN2-kopieaantallen met het risico op ALS of de ernst van de ALS-ziekte. Dit suggereert dat het veranderen van SMN-eiwitniveaus in het fysiologische bereik het ALS-ziekteverloop mogelijk niet verandert. Dit is een belangrijke bevinding in het licht van opkomende therapieën die gericht zijn op SMN-deficiënties.

 

Vertaling: Gerda Eynatten-Bové

Bron: ANNALS of Neurology


The Effect of SMN Gene Dosage on ALS Risk and Disease Severity

Share