Promotie: Invloed van omgeving en leefstijl op ALS

22-10-2015

Patiënten met Amyotrofische Laterale Sclerose (ALS) hebben voor het ontstaan van de ziekte waarschijnlijk een verstoring van het energiemetabolisme. Dit blijkt uit de resultaten van de Prospectieve ALS-studie Nederland, een studie bij bijna 700 patiënten met ALS en meer dan 2000 gezonde controlepersonen.

Patiënten blijken voordat zij ziek worden een hogere totale hoeveelheid energie tot zich te nemen dan controlepersonen (2258 kCal per dag versus 2119 kCal per dag). Opvallend is dat de gemiddelde body mass index (BMI) van patiënten juist lager is dan van controlepersonen (25,7 versus 26,0). Daarnaast blijkt dat een hogere inname van vetten en meer specifiek de inname van verzadigde vetten, transvetzuren en cholesterol, het risico op ALS vergroten.

Deze resultaten lijken mogelijk te wijzen op een verstoring van het energiemetabolisme bij patiënten met ALS, waarbij zij meer calorieën verbranden in rust en bij beweging dan normaal, ook wel hypermetabolisme genoemd.

Daarnaast laten de resultaten van deze studie zien dat de inname van alcohol samenhangt met een lager risico op ALS, terwijl roken het risico op ALS verhoogt. Verder is een hoge blootstelling aan dieseluitlaatgassen geassocieerd met een verhoogd risico op ALS en kan recente blootstelling aan extreem laagfrequente elektromagnetische velden (ELF-EMF) boven een bepaald niveau mogelijk als een trigger werken in het ontstaansmechanisme van ALS. Tot slot toont deze studie dat een oorzakelijk verband tussen fysieke inspanning en ALS niet waarschijnlijk is.

Promovendus: Mark Huisman
Proefschrift: Exogenous risk factors for amyotrophic lateral sclerosis
Promotor(es): prof.dr. L.H. van den Bergprof.dr. J.H. Veldink
Co-promotor(es): dr.ir. R.C.H. Vermeulen

 

Bron: Universiteit Utrecht

Maurice Hoogendoorn nd.nl/wetenschap beeld nd

Perspectief ALS-patiënt is nog steeds heel somber

Utrecht

Mark Huisman promoveert dinsdag op een onderzoek naar de invloed van omgeving en leefstijl op het ontstaan van de ziekte ALS.

‘Toen ik begon in 2008 moest ik iedereen uitleggen wat ALS is. Nu heeft bijna iedereen ervan gehoord.’

Jaarlijks krijgen ongeveer driehonderd Nederlanders Amyotrofische Laterale Sclerose, een relatief zeldzame ziekte die beter bekendstaat onder de afkorting ALS. Doordat zenuwcellen afsterven ontstaat krachtsverlies en verlamming, en de verlamming van de ademhalingsspieren leidt uiteindelijk tot de dood.

Vooralsnog is ALS ongeneeslijk. ‘Er zijn nu 1400 levende ALS-patiënten in Nederland’, zegt Mark Huisman (32), die onderzoek deed naar de invloed van omgevingsfactoren en leefstijl op het ontstaan van ALS. ‘Drie jaar na de eerste klachten is vijftig procent overleden. Na vijf jaar leeft nog twintig procent van de patiënten. Het perspectief is heel somber.’

Voor zijn promotieonderzoek liet Huisman bijna zevenhonderd ALS-patiënten en ter vergelijking een controlegroep van ruim tweeduizend mensen vragenlijsten invullen. ‘We vroegen naar hun voedingspatroon en gewicht op bepaalde momenten, maar ook naar beroep en hobby’s. Een van de dingen die eruit bleken, is dat het gewicht van patiënten voordat zij ziek worden gemiddeld lager is dan dat van de controlegroep, terwijl ze wel meer energie tot zich nemen. Ze verbranden meer calorieën dan normaal, wat duidt op een verhoogde stofwisseling.’

De ALS-patiënten nemen per dag 130 kilocalorieën meer tot zich (‘een glas cola’) en zijn gemiddeld een kilo lichter. ‘Dat lijkt niet veel, maar over zo veel mensen gemeten is het een duidelijk verschil. Tegelijk kun je dit niet direct doorvertalen naar individuen. Niet elke patiënt heeft een verhoogde stofwisseling, en een verhoogde stofwisseling betekent niet per se dat je ALS krijgt.’

Hoe belangrijk is dit resultaat?

‘Het zou mooi zijn als we hierdoor op den duur beter begrijpen wat er misgaat in zenuwcellen bij ALS-patiënten, bijvoorbeeld in de mitochondriën, de energiefabriekjes van de cellen. ALS kan ontstaan door heel veel factoren, dus er moeten veel puzzelstukjes op de juiste plaats vallen om het ontstaan van de ziekte te kunnen begrijpen.’

ALS komt in twee vormen voor: familiaire en sporadische ALS. Huisman: ‘Die eerste vorm is erfelijk. Wanneer je dat gen hebt geërfd, is de kans heel groot dat je ALS krijgt, als je maar oud genoeg wordt. Gelukkig komt deze vorm niet vaak voor – slechts 5 procent van de gevallen. Bij sporadische ALS spelen genen ook een rol, maar dan is het een kleine bijdrage aan de oorzaak. Omgevingsfactoren en leefstijl zijn bij het ontstaan van deze vorm ook belangrijk.’

Roken vergroot de kans op ALS, alcohol verkleint het risico, ontdekte Huisman. ‘Met roken wordt de kans 1,4 keer zo groot, maar nog steeds is de kans dan heel klein. Het is dus geen reden om te stoppen met roken. Althans, er zijn veel betere redenen. De kans dat je van roken longkanker krijgt, is vele malen groter.’

Alcohol drinken halveert de kans op ALS. ‘Dat klinkt fors, maar het ging al om een kleine kans. Bovendien geeft alcohol drinken weer kans op andere ziekten, dus ik adviseer niet om alcohol te gaan drinken.’

Waarom alcohol beschermt tegen ALS, heeft Huisman niet kunnen ontdekken. ‘We dachten eerst dat het komt door de antioxidanten in rode wijn, maar toen we de uitkomsten daarop hadden gecorrigeerd, bleef het effect. Het maakt ook niet uit hoeveel je drinkt, als je maar geen geheelonthouder bent.’

Huisman begon in 2008 aan zijn onderzoek. ‘Toen moest ik iedereen nog uitleggen wat ALS is. Nu kent 95 procent van de Nederlanders de ziekte. Terwijl het aantal mensen met ALS niet is toegenomen. Dat blijft constant.’

Wel kwam er meer media-aandacht, bijvoorbeeld met de Ice Bucket Challenge. ‘Het ALS-centrum waarvoor ik werk, heeft zelf ook aan de bekendheid van de ziekte bijgedragen. Vóór de Ice Bucket Challenge waren er bijvoorbeeld de posters waarop stond: “Ik ben inmiddels overleden.” Om onderzoek te kunnen doen, hebben we nu eenmaal bekendheid en geld nodig.’

In Amerika is ALS al langer bekend, omdat honkballegende Lou Gehrig er in 1941 op 37-jarige leeftijd aan overleed. Daar wordt ALS ook wel de Lou Gehrig’s disease genoemd. In Nederland waren er de laatste jaren ook bekende mensen met ALS die de publiciteit zochten, zoals voetballer Fernando Ricksen en NRC-journalist Pieter Steinz. Huisman: ‘Wrang genoeg helpt dat het onderzoek wel, een paar bekende mensen met ALS.’

 

Bron: Nederlands Dagblad
22 oktober 2015

 

De rol van voeding als risicofactor bij ALS

03-11-2015

De resultaten wijzen op een verstoorde energiehuishouding (energie-metabolisme) bij ALS-patiënten. Het lijkt erop dat ALS-patiënten meer calorieën verbranden in rust en bij beweging dan normaal. Dit heet hypermetabolisme. Ook bij diermodellen van ALS is hypermetabolisme aangetoond, zowel voordat de dieren zichtbaar ziek waren als daarna. Bij deze dieren zijn afwijkingen gevonden in de mitochondriën, de energieleveranciers in de cellen. Dit zou kunnen wijzen op het bestaan van een stoornis bij ALS in de mitochondriën. Het verklaart ook de observatie op de polikliniek dat er een groep patiënten is met beginnende ALS, die onverklaard flink afgevallen zijn voordat zij de polikliniek bezoeken, zonder slik- of eetlust-problemen. De resultaten van dit onderzoek leiden er dan ook toe om het onderzoek bij ALS vooral te richten op deze mitochondriën. De resultaten wijzen niet op een schadelijk effect van een hoogcalorisch dieet. Er is dus geen bezwaar tegen het toevoegen van extra calorieën aan de voeding om een daling van lichaamsgewicht te beperken bij patiënten met ALS.

 

Bron: ALS Centrum Nederland

Share