Sociale en fiscale maatregelen

14-05-2004

1. Percentagebepaling

Bij het ontstaan van een bepaalde handicap kan men eventueel aanspraak maken op een aantal sociale en fiscale maatregelen. De meeste verminderingen of vrijstellingen krijgt men pas toegekend na voorlegging van een officieel attest dat het vereiste invaliditeitspercentage vermeldt.

Er zijn twee overheidsinstanties die dergelijke percentages toekennen die voor u van belang zijn, nl. het RIZIV (Rijksinstituut voor Ziekte en Invaliditeit): indien men als werknemer (privesector) of zelfstandige ziek wordt, komt men na een jaar ziekte op invaliditeit. Op dat moment krijgt men automatisch 66 % handicap toegekend.

De andere instantie is de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid (FOSZ). Deze dienst kan, na medisch onderzoek, 3 percentages wat graad van handicap betreft toekennen, nl. 66 %, 80 % en 50 % handicap aan de onderste ledematen. Dit onderzoek kan u zelf aanvragen. De aanvraagformulieren zijn te verkrijgen op het gemeentehuis van uw woonplaats. Ook de sociale diensten van de MS-Liga beschikken over deze formulieren.

2. De mogelijke maatregelen op een rijtje.

2.1 Maatregelen verbonden aan 66 %

2.1.1 Vermindering personenbelasting.

-Attest 66% invaliditeit van het RIZIV of van de FOSZ bij uw belastingaangifte voegen.

-Rubriek 'zware handicap' op de tweede bladzijde van uw aangifte aankruisen.

-U wordt dan bij de berekening aanzien als een persoon ten laste.

-Voor de personenbelasting telt de toestand op 1 januari van het aanslagjaar.

Als u het invaliditeitspercentage toegekend kreeg op 1 maart 2004 dan kan u dat niet inbrengen bij de aangifte die u in juni van dit jaar zal invullen. Op 1 januari van dit jaar had u immers nog niet het vereiste invaliditeitspercentage. U zal dit kunnen inbrengen vanaf het aanslagjaar 2005.

2.1.2 Vermindering onroerende voorheffing.

-Eigenaars hoeven zelf niets te doen. De bevoegde administratie zoekt via de kruispuntbank e.d. op wie het benodigde invaliditeitspercentage heeft om aanspraak te kunnen maken op deze vermindering. Huurders daarentegen moeten wel zelf een aanvraag indienen (via een meldingsformulier). De eigenaar krijgt dan de vermindering, maar moet het bedrag aftrekken van de huurprijs.

-De vermindering is een forfaitair bedrag dat varieert naargelang het aantal opcentiemen die de betrokken gemeente en provincie hanteert bij het berekenen van de belasting (komt overeen met de vermindering voor 2 kinderen).

-Hier telt eveneens de toestand op 1 januari van het aanslagjaar.

2.1.3 Sociaal telefoontarief (Belgacom)

-Attest van 66% kunnen voorleggen of 65 jaar zijn.

-Het brutto-inkomen van alle gezinsleden samen mag niet hoger zijn dan 12.732,29 euro, verhoogd met 2. 357,09 euro per persoon ten laste (in aanmerking komen voor het voorkeurstarief in de ziekteverzekering).

-Men krijgt dan een vermindering op de aansluitingsvergoeding, het tweemaandelijks abonnementsgeld en op de huur van een standaard telefoontoestel.

-Een vermindering van 6,20 euro per twee maanden op binnenlandse gesprekken.

2.1.4 Sociale huisvesting

-Met een attest van 66% kan u vermindering krijgen op de onroerende voorheffing van de sociale huurwoning.

-Ook wordt men beschouwd als persoon ten laste, wat invloed heeft op de huurprijsberekening.

2.1.5 Vermindering openbaar vervoer.

-De personen met een handicap die in de ziekteverzekering onder het voorkeurstarief vallen en de personen die zij ten laste hebben, kunnen bij de NMBS een vermindering krijgen van 50% (kaart is 2 jaar geldig). Bij De Lijn kan men een jaarabonnement verkrijgen voor 25 euro i.p.v. 190,30 euro (wie een inschrijvingsnummer heeft bij het VAPH krijgt een gratis kaart van De Lijn).

-Documenten zijn beschikbaar bij de NMBS-stations en De Lijn.

2.1.6 Verhoogde kinderbijslag voor kinderen van arbeidsongeschikte werknemers.

-Werknemers met 66% arbeidsongeschiktheid (vanaf de 7de maand).

-Werknemers die minstens 66% arbeidsongeschikt waren vóór zij effectief begonnen te werken.

-Invalide pensioengerechtigden of invaliden met brugpensioen.

-Personen met een handicap met een inkomensvervangende tegemoetkoming of een integratietegemoetkoming categorie II (FOSZ).

-De rechthebbende en de partner mogen geen vervangingsinkomen hebben dat meer bedraagt dan 1.639,86 euro bruto per maand. De partner mag een beperkt beroepsinkomen hebben van 247,07 euro per maand.

2.2 Maatregelen verbonden aan 50% handicap onderste ledematen.

2.2.1 Vrijstelling btw bij aankoop van de wagen.

-Attest 50% handicap aan de onderste ledematen toegekend door de FOSZ.

-Vóór de aankoop van de wagen moet men zich wenden tot het btw-kantoor. Daar zal men formulieren geven waardoor de garagist de factuur naar rato van 6% btw kan opmaken. Later krijgt men dan ook deze 6% terug.

-Bijkomend voordeel is dat ook de onderhoudsfacturen aan 6% btw kunnen worden opgemaakt.

-Bij erkenning van een handicap van 50% aan de onderste ledematen heeft men ook recht op vrijstelling van de verkeersbelasting.

-Voorwaarde om het bovenvermelde te verkrijgen, is wel dat de wagen op naam van de persoon met de handicap staat en dat de wagen in functie van die persoon wordt gebruikt.

2.2.2 Parkeerkaart.

-Handicap te bewijzen door een officieel attest van de FOSZ.

-Of 2 punten of meer scoren in de rubriek verplaatsingsmogelijkheden (op formulier 4 van de FOSZ).

2.2.3 Kaart voor begeleider bij de NMBS en De Lijn.

-De kaart voor begeleider laat toe dat de gehandicapte persoon zich gratis kan laten vergezellen teneinde hem te helpen het openbaar vervoer te gebruiken.

-De kaart is strikt persoonlijk.

-Aanvraag richten aan de NMBS of De Lijn.

2.3 Maatregelen verbonden 80%

2.3.1 Parkeerkaart

-Bij 80% invaliditeit kan men eveneens de parkeerkaart verkrijgen. Zie verder hierboven.

2.3.2 Vermindering kabeltarief

-Attest van 80% invaliditeit kunnen voorleggen (FOSZ).

-Bij voorlegging van dergelijk attest kan men bij de meeste kabelmaatschappijen een vermindering verkrijgen.

2.3.3 Kaart voor begeleider bij de NMBS.

-Ook bij 80% invaliditeit kan men een gratis kaart verkrijgen voor de begeleider.

-Aanvraag richten aan de NMBS.

2.4 Andere maatregelen.

2.4.1 Sociaal gas- en elektriciteitstarief

-Het leefloon ontvangen.

-Of het gewaarborgd inkomen voor bejaarden.

-Of een tegemoetkoming genieten van de FOSZ in categorie II, III, IV of V.

-Voldoet men aan één van bovenvermelde voorwaarden dan kan men een vrijstelling van het elektriciteitsabonnement of vermindering van het gastarief (enkel indien aansluiting voor klein gebruik) krijgen.

 

Bron: De Sleutel

Share