Een ruggenprik kan veilig worden toegediend aan ALS-patiënten, volgens beperkt onderzoek

15-11-2023

Interesse in zijn gebruik groeit na goedkeuring van Qalsody, geïnjecteerd in het wervelkanaal.

Mensen met ALS lopen, als gevolg van een ruggenprik, geen hoger risico op complicaties dan gezonde mensen of mensen met andere neuromusculaire aandoeningen, zo blijkt uit een beperkte Amerikaanse studie.

De bevindingen tonen aan dat ALS-patiënten een relatief lager risico hebben op dergelijke bijwerkingen, waarbij de meest voorkomende bijwerking van een ruggenprik, ook wel lumbaalpunctie genoemd, hoofdpijn is.

"Onze bevindingen tonen aan dat lumbaalpunctie een veilige procedure is voor deelnemers met ALS, met een vergelijkbaar of lager percentage bijwerkingen dan bij deelnemers zonder ALS," schreven de onderzoekers.

De studie "Lumbaalpuncties zijn veilig bij patiënten met ALS en hebben een risicoprofiel dat vergelijkbaar is met dat van de niet-ALS populatie (Lumbar punctures are safe in patients with ALS and have a risk profile similar to that in the non-ALS population) " werd gepubliceerd in het tijdschrift Muscle & Nerve.

Ruggenmergpunctie kan helpen bij diagnose en controle van ALS

Mensen met ALS krijgen vaak een ruggenprik om een monster van de cerebrospinale vloeistof (CSF) te nemen - de transparante vloeistof die de hersenen en het ruggenmerg omringt. Bij de analyse wordt gezocht naar biomarkers die helpen bij het diagnosticeren en monitoren van patiënten en bij het beoordelen van reacties op behandelingen.

Qualsody (Tofersen), een onlangs goedgekeurde behandeling voor ALS, wordt ook toegediend via een injectie in het ruggenmergkanaal, wat in veel opzichten lijkt op een ruggenprik.

De procedure is veilig bevonden bij mensen met neurodegeneratieve ziekte, maar dit was onbekend in geval van ALS.

Een team onder leiding van onderzoekers van de Washington University in St. Louis School of Medicine heeft, mede vanwege de goedkeuring van Qualsody in de VS, onderzocht of ALS-patiënten een verhoogd risico lopen op complicaties na een ruggenprik. Ze voerden een retrospectieve analyse uit van mensen die tussen 2015 en 2021 voor onderzoeksdoeleinden een ruggenprik hadden ondergaan in het ALS-centrum van de universiteit.

In totaal ondergingen 233 mensen een ruggenprik in die periode: 63 gezonde volwassenen, 154 ALS-patiënten en 16 volwassenen met een andere neuromusculaire ziekte dan ALS. De demografische gegevens van de groepen waren redelijk vergelijkbaar, hoewel de patiëntengroepen over het algemeen een hoger percentage hoge bloeddruk, psychiatrische aandoeningen en hoofdpijn hadden.

Ongeveer een week na de procedure werden de deelnemers telefonisch geëvalueerd op bijwerkingen en sommige bijwerkingen werden gerapporteerd door de persoon die de procedure uitvoerde. Ernstige bijwerkingen waren die waarbij medische interventie nodig was.

49 (21%) van deze 233 mensen hadden last van bijwerkingen - 18 (28,6%) in de gezonde groep, 28 (18,2%) in de ALS-groep en drie (18,8%) in de groep met een andere neuromusculaire ziekte.

De meest voorkomende bijwerking was hoofdpijn, gevolgd door rugpijn en vasovagale reactie - flauwvallen als gevolg van een probleem in het deel van het zenuwstelsel dat de hartslag en bloeddruk reguleert.

Drie gevallen van hoofdpijn - één in elke groep - werden als ernstig beschouwd en vereisten een epidurale bloedpleister. Bij deze procedure wordt bloed geïnjecteerd op de plaats van de ruggenprik om een bloedstolsel (patch) te vormen, waardoor het gaatje wordt "gedicht".

Ernstig risico op complicaties bij ruggenprik niet waargenomen bij ALS-patiënten

De resultaten van het onderzoek toonden aan dat ALS-patiënten niet meer kans hadden op ongewenste effecten na een ruggenprik dan andere patiëntengroepen of gezonde volwassenen. Het risico op hoofdpijn na een ruggenprik was zelfs significant lager, ongeveer 64%, bij ALS-patiënten in vergelijking met gezonde personen, en bij deze patiënten in vergelijking met beide andere groepen.

Er werd geen verband gevonden tussen ongewenste voorvallen en leeftijd, noch met andere co-existente aandoeningen of comorbiditeiten, zoals hoge bloeddruk. Vrouwen hadden echter significant meer kans op hoofdpijn na een ruggenprik dan mannen.

"Onze studie toont geen verhoogd risico op complicaties na een ruggenprik bij mensen die leven met ALS in vergelijking met controles. In plaats daarvan suggereren onze gegevens dat mensen die leven met ALS een relatief lager risico lopen op het ontwikkelen van complicaties na een ruggenprik," concludeerden de onderzoekers.

"Bewustwording van deze bevindingen kan leiden tot een beter ontwerp van bestaand ALS-onderzoek waarbij ruggenprik wordt gebruikt en kan helpen bij het bespreken van de veiligheid van ruggenprik met deelnemers - met als doel hun angsten te verminderen ... en de deelname van patiënten te verbeteren. Dit is van groot belang nu we het tijdperk van ALS therapie door ruggenprik ingaan. " voegden ze eraan toe.

Vertaling: Fabien
Bron: ALS News Today
 

Share